viae vitae kinderen

Transparantie en kostenbewustzijn

Doe iemand het verzoek om bij te dragen aan een goed doel en de vraag is nooit ver: “Komt het geld wel op de goede plek terecht? En blijft er niet te veel aan de strijkstok van de organisatie hangen?”

Met hoogleraar forensische accountancy Marcel Pheijffer in de gelederen is de controle bij Viae Vitae in de best denkbare handen. ‘‘Schenkers hebben er recht op te weten wat er met hun bijdrage gebeurt. De stichting is daar glas- en glashelder in.’’

Marcel Pheijffer Viae Vitae

Marcel Pheijffer:

 “Viae vitae heeft de vinger strak aan de pols,

er wordt letterlijk geen euro verspild”

 

De transparantie die Viae Vitae biedt over haar werk in Indonesië en de no nonsense aanpak die ze betracht, maken dat hij zich inzet voor de stichting, zegt het kritisch geweten van de vaderlandse accountantswereld. Als veelgevraagd onderzoeker, universitair docent, echtgenoot en vader van drie opgroeiende kinderen is de beschikbare tijd voor de stichting spaarzaam, maar wordt ze effectief besteed met het geven van gerichte adviezen over verantwoorde uitgaven.

Eerst maar eens voorstellen, deze ambassadeur van Viae Vitae. Of wil Marcel Pheijffer dat liever zelf doen?

‘‘Best. Ik ben 47 en verdien mijn brood als hoogleraar in de forensische accountancy op Nyenrode en aan de Universiteit van Leiden. Daarnaast publiceer ik wekelijks over mijn vakgebied op een eigen blog en verricht ik wetenschappelijk onderzoek. Mijn loopbaan begon bij Belastingdienst en kende een lange periode als rechercheur bij de Fiod. Daarna maakte ik de overstap naar de wetenschap, maar ik word nog altijd gevraagd als deskundige. Op dit moment ben ik bijvoorbeeld betrokken bij de Vestiazaak en was ik enkele jaren geleden betrokken bij de afwikkeling van de affaire-Paarlberg, een uitloper van de Holleederzaak.’’

Het beeld van de accountant als grijze kantoormuis valt op Pheijffer onmogelijk te projecteren. Als onderzoeker van de Fiod had hij zijn aandeel in de vervolging van Desi Bouterse, het ontrafelen van Hollandse drugsnetwerken, het gerommel met clickfondsen, de bouwfraude, de commissie-Duijvestein (Betuwelijn, HSL) en het onderzoek naar de van zelfverrijking betichte gedeputeerde Hooijmaijers. ‘‘De rode draad in mijn werk is dat het draait om kwesties, soms in extremis maar dat hoeft niet per se, die maatschappelijk relevant zijn. Ik sta daarbij het liefst aan de kant van de samenleving. Ik vind dat het recht zijn loop moeten hebben, dat de zwakkeren beschermd dienen te worden. Daar zal ik me altijd voor in blijven zetten.’’
Waarmee het bruggetje is geslagen naar Viae Vitae, vindt hij zelf. ‘‘Absoluut. De stichting heeft mijn sympathie, omdat ze één ding nastreeft – hulp aan minderbedeelden – en dat buitengewoon zuiver doet.

Toen Gerard Bakker, die ik nog ken uit mijn Fiod-tijd, me vroeg om de stichting te adviseren over het geldbeheer en de uitgaven, hoefde ik daar niet lang over na te denken. Ik trof een organisatie aan die de vinger al strak aan de pols had en waar dus letterlijk geen euro wordt verspild. Je ziet dat ook weer duidelijk terug bij Sayap Kasih 2. De bouwofferte voor het nieuwe tehuis is tot achter de komma uitgeschreven. Het bestuur vindt 10 procent overheadkosten nog steeds veel, maar ik denk dat lager echt niet meer kan.’’

Hij heeft het ook wel anders gezien in de charitatieve sector. ‘‘Ik moet zeggen dat het de laatste tien jaar beter gaat met de controle op goede doelen. In het verleden bleef er te vaak geld aan de strijkstok hangen. Organisaties maakten onnodig veel kosten of de directeur streek een gigantisch salaris op. Het deed de sector geen goed, maar de kentering is voelbaar. Ik zou in elk geval nóoit mijn steun geven aan een instelling die meer met zichzelf bezig is dan met het goede doel. Daar ben ik allergisch voor.’’
De introductie van het ANBI-keurmerk voor fondsen is om meerdere redenen een goede ontwikkeling geweest, meent de hoogleraar. ‘‘Het staat voor transparantie. Een ANBI- organisatie zoals Viae Vitae legt verantwoording af aan de buitenwereld, en zo hoort het ook. Daarnaast is de fiscale aftrekbaarheid van de gift voor de schenker belangrijk. Bedrijven redeneren: we dragen al genoeg af aan de belastingdienst, laten we dit geld daarom in liefdadigheid stoppen.’’

Voor donateurs van Viae Vitae geldt nog iets anders, wenst Pheijffer tot slot te benadrukken. Ze kunnen hun betrokkenheid bij de gehandicapte kinderen en jongvolwassenen op Sulawesi natuurlijk uitdrukken in geld, maar even goed in kennis en begeleiding of het schenken van materialen. ‘‘Een goedlopend dakdekbedrijf, om maar een voorbeeld te noemen, dat iets terug wil doen voor de maatschappij, kan letterlijk zijn aandeel leveren in Sayap Kasih 2. En als straks jouw dak op dat prachtige nieuwe tehuis ligt, dan mag je daar trots op zijn en dat ook gerust delen met je zakelijke omgeving.’’